Inwijding

Waar de zon door de kruinen druppelt
En het flikkeringen regent op de grond
Waar eenhoorn danst en faun huppelt
Is het domein dat mij in wond'ren bond
Die plek door woud en innigheid omsloten
Decor van oeroude knoestigheid
Daar is al dat leeft met mystiek overgoten
En schijnt het leven met priemende helderheid
De bomen wijken eerzaam voor de ingewijde
En tonen de weg naar het heiligdom
En doen de uilen voor de toegang hun ingeleide
En wassen weg de last vanwaar ik kom
Met hun welbevinden dring ik tot het innige door
Waar ik zal vleien voor de kroon van het woud
Hij, wiens imposante stem ik al hoor
De hoeder die over al het leven heerschap houdt
Aslan, de belichaming van al dat juist is
Mijn heer en licht in de doorgaande strijd
Voor hem mijn gewetensvolle verbintenis
Het is hij aan wie ik mijn leven wijd
En hier diep in zijn verscholen heiligdom
Wijst hij mij de weg en vult mijn hart
En maakt liefdevol mijn kolkend gemoed stom
Dringt mijn ziel binnen en verdampt mijn smart
Hij is de brug tussen hemel en aard
Laat mij zweven tussen leven en dood
Zweven met oneindigheid gepaard
Het is hij die mij de sleutel bood
De kern van het zijn is mij tomeloos getoond
Ik heb het met de dieren gevierd
Door hert en wolf met dansen beloond
Waar eerbied voor het leven nog welig tiert
Een hart dat zich gewillig opent voor het licht
Zal tot het heiligdom toe mogen treden
Hij die zich tot de roep van de leeuw richt
Zal het koninkrijk zonder angst betreden