De Heiligheid van Spreken

"L'homme est né libre et partout il est dans les fers"
"De mens is vrij geboren, maar overal geketend." Rousseau spreekt van ketenen die aan de mens gelegd worden door onze instituties. Hij zei dat onze cultuur en onze gebruiken de mens binden en zijn inherente goedheid slechts kunnen corrumperen. Hij was ervan overtuigd dat de mens uit zichzelf goed was. En hoewel Rousseau de ongekende vernietiging van de beide wereld oorlogen niet had meegemaakt, was zijn visie op de mens toch toen ook al hopeloos naïef. Deze visie op de mens, hoewel gemankeerd, is ontegenzeggelijk de wortel van de filosofie die ten grondslag ligt aan de woke cultuur. De mens is goed, in al zijn bizarre verschijningen, en traditionele westerse waarden kunnen die mens alleen maar kleinhouden.
De mens draagt in zich het vermogen zowel goed als slecht te zijn. Dit is door God zo geschapen. In de dualistische wereld waarin wij leven kunnen we het één slechts kennen door het andere ook te kennen. Onze ervaringen krijgen slecht betekenis door context. Want wie kan in een wereld die slechts goed is, het goede ontwaren? Wie kan beseffen dat duisternis de afwezigheid van licht is, als de zon nog nooit haar licht op zijn ogen heeft doen schijnen? Wie kan spreken over een "ik" als men niet de "ander" kent?
De wereld waarin wij ons begeven, functioneert volgens zeer strakke natuurlijke wetmatigheden. Dit creëert voorspelbaarheid. En het is deze voorspelbaarheid die ten grondslag ligt aan de keuzes die wij maken. De mens heeft van God de faculteit meegekregen om de gevolgen van onze acties naar de toekomst te projecteren. Wij kunnen gevoelens ervaren bij zaken die nog niet zijn komen te gebeuren. Dit betekend dat wij de gevolgen kunnen kennen van ons handelen. Hierdoor ontstaat de context voor goed en kwaad en onze keuzes daarin.
God is in zeer ontegenzeggelijke zin de ultieme norm. God schiep de aarde en alles daarin. Alles in de schepping is dus volgens de wil van God. God schiep de mens als rentmeester van het aardse rijk. De mens kan keuzes maken die eerbied hebben voor de schepping of hem van de schepping afkeren. Van alles wat in de schepping is, is God het hoogste. Hij is het hoogste goed, de ultieme schoonheid, de ultieme wijsheid. Het zijn van God schept voor de mens het kompas om te weten wat goed en kwaad is. De mens kan niet beter leven dan immer te streven naar het hoogste. Om steeds bij al zijn handelen zich af te vragen: "zijn mijn keuzes in lijn met de schepping?"
God schiep de mens in zijn evenbeeld. Dit wordt al te vaak geïnterpreteerd als dat God een menselijk uiterlijk moet hebben. Een beeld van God dat even kinderlijk als arrogant is. Nee, het evenbeeld moet gezocht worden in het vermogen van de mens om keuzes te maken, zoals God ervoor koos de schepping te laten zijn. In die zin is de mens een god en niet slechts gebonden door instinct. Hij kan zijn natuurlijke impulsen beknotten en dit is in principe wat er met het woord beschaving bedoeld wordt. Een beschaving is enkel en alleen mogelijk als de natuurlijke impulsen ondergeschikt gemaakt worden aan het functioneren van de mens in een sociale context. Het vermogen onze impulsen te beteugelen schept uiteindelijk het vermogen en de tijd ons met niet aardse zaken bezig te houden. God gaf daarom de mens een sterke onderzoekingsdrang mee. Hij wenst dat de mens zijn omgeving grondig analyseert en zoekt naar het doorgronden ervan. Het onderkennen en onderzoeken van de schepping kan enkel en alleen leiden naar God, want God is de ultieme realiteit. Als gereedschap voor het onderzoeken van de schepping kreeg de mens van God het vermogen de wereld in spraak te vatten en met zijn medemensen te spreken over de aard van de schepping.
Het temperen van de vrije meningsuiting is tegen de wil van God, en dus per definitie een kwaad. Het is niet aan de mens aanstoot te nemen aan wat een ander zegt, als zelfs God, die de mens het vermogen gegeven heeft de wereld in spraak te vatten, niet de achteloos en ijdel sprekenden straft. Het is aan ieder mens de keuze te maken in wat hij met zijn waardevolle geschenk van de spraak wil bereiken. Wil hij nader tot de waarheid komen die in de schepping is, of wil hij zich afkeren. God is de ultieme waarheid en de mens kan er dus voor kiezen, door zo veel mogelijk de waarheid te spreken, nader tot God te komen. Liegen, bedriegen, list en konkel zullen de ziel doen rotten nog bij het leven. Zij die zich van de schepper afkeren en duisternis kiezen zullen slechts de dood oogsten. Zij die leven met een alwakend oog op de horizon, zullen het koninkrijk bewonen. En dat koninkrijk is geen onbereikbaar mythisch Elysium, maar de toekomst van de mens die hij uit de chaos van het aardse kan smeden op het aanbeeld van zijn wil. De mens is zoveel meer dan de lijfelijke passies. Hij is god op aarde en kan scheppen in lijn met de schepping. Als we de vrije spraak van de mens fnuiken, maken we het onmogelijk het koninkrijk vorm te geven. Net als de schepping, begint ook ons koninkrijk als een idee, en daar hebben we het vermogen te spreken voor nodig.
Wees beducht en standvastig in uw geloof en uw woord. Zoek naar de waarheid die de schepping u wijst en open uw hart voor de wonderen die erin verscholen zijn.